Reuzepret in Rishikesh

Namasté,

Hier een berichtje uit de heilige stad Rishikesh! Sinds enkele dagen ben ik terug in Yog Dham, de yogaschool waar ik twee maanden geleden de lesgeversopleiding volgde. Het voelt heel goed om hier terug te zijn. Ik probeer te achterhalen wat me hier precies zo vrolijk maakt en het is een combinatie van verschillende dingen. Om te beginnen heb ik hier natuurlijk plezante herinneringen en die zetten alvast een positieve toon. Het deed echt deugd mijn kamer hier binnen te komen: ze is proper en mooi, ze heeft veel licht en een mooi uitzicht op de Himalaya aan de ene kant en over de buurt waar ik verblijf (Tapovan) aan de andere kant. Doordat we hier weer een tikkeltje dichter tegen de bergen zitten, is er hier ook een tikkeltje meer wind. In februari kon ik dat absoluut niet appreciëren, maar nu juich en jubel ik. Niet dat het meteen tien graden scheelt – gisteren vroeg ik me wederom af HOE hard een mens precies kan zweten – maar het geeft ten minste de kans om mijn kamer eens te laten doorluchten. Vandaag is het zowaar bewolkt, wat me bijna aanzet tot een vreugdedansje, want het maakt de temperatuur draaglijker.

 

Angstaanjagend onweer met tweede stem

Gisterennamiddag werden we getrakteerd op een bijzonder weersfenomeen, of toch naar Belgische normen. Wolken waren samengetrokken (tot hier nog heel herkenbaar) en er was geweldig veel wind komen opzetten. Die had al het stof in beweging gebracht, waardoor je verplicht werd al je lichaamsopeningen te beveiligen. Van de Himalaya was al snel niets meer te zien, wegens gehuld in een dikke, grijze stofmist. We hadden op dat moment asana yogales (de fysieke houdingen dus) op de derde verdieping, waar het gieren van de wind dubbel zo onheilspellend en angstaanjagend klinkt. Het maakte een hels lawaai, waarvan de tweede stem vol overgave werd verzorgd door de gammele deur die nauwelijks nog in haar scharnieren hangt. Op een gegeven moment zag ik zelfs onze leraar zich bezorgd afvragen of dit nog wel normaal was. Hij werd blijkbaar gerustgesteld door het onweer dat daaropvolgend losbarstte, wat fenomenale bliksemlijnen in de donkere lucht opleverde. Het heeft de rest van de avond water gegoten. Met bakken bleef het uit de hemel vallen, alsof die blij was om het er eindelijk allemaal eens te kunnen uitgooien. Ik ben tegenwoordig ook blij met regenbuien en onweders, al heb je hier dan ook wel 100% garantie dat de elektriciteit uitvalt. Douchen en aankleden deed ik dan ook in het schijnsel van mijn gsm-zaklamp.

 

Wárme rozenmelk?

Een andere reden waarom ik het leuk vind terug in Rishikesh (Tapovan) te zijn, is de aanwezigheid van de vele barretjes en restaurantjes met alles wat lekker is. Vorige keer had ik mijn favoriete plekjes in de buurt al gevonden, dus ik wist waar naartoe. Voor een chai bijvoorbeeld, want in de yogaschool geven ze enkel kruidenthee. Momenteel zit ik te typen in Ayurpak en heb zonet mijn favoriete drankje besteld: rozenmelk. Dat is dus warme melk met echte rozenblaadjes in, superlekker. Toen ik dat gisteren bestelde, maakte de ober me er vriendelijk doch ietwat bezorgd op attent dat het wel degelijk wárme melk was die ik zonet besteld had – en hij knikte even richting de zon. (Je kan op de foto zien dat ik mijn glas met een servetje moet vasthouden. Het is echt heet.) Maar ik heb altijd geleerd dat je met warm weer best warme dranken of soep drinkt, dus voilà. Bovendien beweert het menu dat deze rozenmelk ‘verkoelend, verkwikkend en ontspannend‘ zou zijn, en ook nog eens constipatie en een pita-onbalans zou verhelpen, wat het voor mij in combinatie met ‘lekker’ tot de ideale optie maakt. Al ben ik niet zeker of ik het hiermee nu minder warm heb…

 

Rubberen Rusty

Nog meer aanleiding tot vreugde zijn de vele fysieke uitdagingen die ik hier krijg tijdens de asanalessen. Ik volg de lessen in de school samen met een nieuwe groep mensen (5) die nu de yoga teacher training volgt. De leraars kennen me natuurlijk nog, dus ze dagen me uit om een stapje verder te gaan dan de rest. Elke spier liet al na de eerste les oorverdovend van zich horen. Heerlijk. 🙂 Om ook eens uit een ander bordje te kunnen eten, wou ik enkele ‘drop in classes’ volgen op andere plaatsen. Lisa, een van mijn medestudenten, had me wat adresjes bezorgd van “de beste yogaleraars van het moment in Rishikesh”, dus ik voelde me een ware bofkont. (Hoor de ironie. Ik sta een beetje sceptisch tegenover zulke beweringen.) Ze had me ook contactpersoon Rusty doorgespeeld, naar verluidt “de man die er alles van afweet”. Ik ontmoette Rusty op mijn eerste avond in Rishikesh, toen ik een eerste drop in class ging volgen bij de zeer befaamde Ashish Sharma. De les was Iyengar-geïnspireerd en Ashish hanteerde ook de strenge stijl waarvoor Iyengar bekend staat. Hij riep allerlei instructies door de zaal met 25 bezwete lijven die zich in knopen probeerden te leggen, vooral over welke spieren of stukken van lichaamsdelen je moest activeren. Ik ken die woorden in het Nederlands al nauwelijks, laat staan dat ik ze zou weten te lokaliseren na een bevel in Hindi-Engels. Rusty daarentegen bewoog zich feilloos en gracieus door de les en ik vroeg me af of er in zijn lichaam eigenlijk nog harde onderdelen te vinden waren, of dat echt alles van rubber was geworden. De volgende avond zijn we samen iets gaan eten en ik vernam dat deze Amerikaan met Vietnamese roots in de zomer naar België komt, om meer bepaald in en rond Gent een aantal lessen en workshops te geven. Top!

 

Zacht zingende teddy

Rusty bleek in dezelfde wijk als ik te verblijven, Tapovan, dus we spraken af dat hij me met zijn brommer zou komen oppikken om nog een andere drop in class te gaan volgen, dit keer bij de populaire Surinder Singh. Dat was gisterenmorgen. Daar waar Ashish een typisch atletische Indiër was, verscheen er nu een grote, struise teddy voor mij met een lange pluchen baard. En terwijl Ashish in dictatorstijl zijn bevelen door de ruimte riep, maakte Surinder er bijna een liefelijk slaapliedje van. Alsof hij zijn achternaam niet gestolen had, zong hij als het ware zacht zijn instructies en zei er soms zelfs ‘alsjeblieft?’ achter. Dan kan je toch nauwelijks weigeren om je been nog wat verder uit te strekken? Maar de zachte aanpak maakte de sessie niet minder intensief. Het zweet druppelde van mij af, waardoor het op het einde leek alsof het op mijn yogamat geregend had. Een typisch Belgisch plensbuitje weliswaar. Een mens zou er al bijna naar gaan verlangen. 😀

 

Grete vliegt terug… zónder vliegen

Nee, regen is niet per se waar ik naar verlang, wanneer ik bedenk dat mijn verblijf nu echt wel aan het korten is. (Al denk ik daar niet vaak aan.) Natuurlijk kijk ik ernaar uit om familie en vrienden terug te zien, want een goed face-to-face gesprek of een dikke knuffel gaat toch nog altijd boven de mailtjes en telefoontjes. En daarnaast ga ik niet kwaad zijn op de hereniging met een aantal bekende dingen. Zo mis ik – net zoals vorige keer trouwens – de evidentie van een propere tafel, stoel, kamer, bord, bestek… whatever. Ze kunnen er hier niet altijd aan doen, want het stof is onverbiddelijk. Ik wil ergens kunnen zitten of staan zonder een tic nerveux te moeten ontwikkelen om constant alle vliegen van mijn lijf (of mijn eten!) te jagen. En ook zonder half doof geclaxonneerd te worden. Vraag ik te veel? 🙂 Oké, dan hou ik het op een bord macaroni met kaassaus.

 

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven